Ik wil het hebben over Broederschap.
Peter was mijn broer, mijn grote broer, want vijf jaar verschil is heel wat als je klein bent. Wat wilde ik ook zo zijn als mijn broers, die precies in de wilde jaren 60 generatie vielen, met alle spannende dingen die bij die tijd hoorden. Ik weet nog, toen ik elf jaar was, en als jongste van mijn klas constant belaagd werd door een oudere, sterkere klasgenoot, ik van Peter boksles kreeg. Dat vijzelde mijn zelfvertrouwen zodanig op, dat ik de volgende schooldag het genoegen mocht smaken mijn belager zo genadig op zijn donder te geven dat hij jankend afdroop en even later met zijn papa op de stoep stond. Toen deze van ma hoorde dat hij al dagen bij ons voor de deur stond te dreigen, kreeg ie van zijn vader er nog een paar hengsten overheen. Nooit meer last gehad! De bokshandschoenen heb ik nog steeds! Iedereen die Peter kent weet dat hij altijd bijzonder royaal was. Veel mensen heeft hij ondersteund, in sommige gevallen werd er wel van hem geprofiteerd, maar ik geloof niet dat hem dat veel kon schelen. Al mijn vriendjes waren ouder dan ik, reden al op bromfietsen, wat ik als 15 jarig jongetje natuurlijk nog niet mocht. Maar als ik met een leuk meisje naar een feestje ging, dan mocht ik gewoon zijn Berini nemen. Toen ik een paar jaar later met mijn rijbewijs bezig was zei hij: als je voor de vakantie je rijbewijs haalt, mag je mijn lelijke eend meenemen naar Noorwegen. Zo was hij gewoon! Toen Eric zijn auto aan gort had gereden, was zijn reactie: Wat heb je hier nou van geleerd, Eric? Nee, ondanks dat hij een succesvol ondernemer was, was hij niet materialistisch, de laatste jaren op twee guilty pleasures na: zijn BMW sportmodel en zijn Italiaanse schoenen.
Natuurlijk zijn er nog vele andere herinneringen: van Peter kreeg ik seksuele voorlichting; ik weet nog precies waar: wandelend van Saint Raphael naar de camping, waar hij razend populair was, omdat hij daar iedere avond met een groep jongelui om zich heen aan het zingen was met zijn gitaar: I saw her standing there, van de Beatles herinner ik mij nog goed! Als ieder stil moest zijn, trok de hele groep naar het strand, maar dan moesten Wilma en ik naar bed. Toen ik tomaten ging plukken vroeg de tuinder: Ben jij de broer van de zanger? Want Peter zong altijd en overal.
Als volwassenen krijgt ieder zijn eigen leven met de bekende ups en downs. Toch bleven we veel en goed contact houden. Met onze andere broers en zussen, maar ook met Ed en Harm was er altijd een hechte broederschap. Want broederschap is meer dan alleen in hetzelfde nestje geboren worden. Dat is een onverbrekelijke band. We hebben gevist in de Noorse fjorden; door de bergen gelopen met een rugzak; gezeild op zee op de Luciana. Wij, Iet en ik, gingen iedere zomer met Peter een hapje eten bij de jachthaven van Lelystad. ‘Wilt u de kaart?’ ‘Ja graag!’ Die kaart werd nooit bekeken, maar als de ober weer kwam zeiden we: ‘Doe maar 3x de slibtong.’. In de winter lekker Indisch eten in Den Haag, nota bene vorige maand nog. En op kerstavond was Peter er natuurlijk altijd bij. Eerst met Pa en Ma toen zij er nog waren, en Laurens en Bob. Nu vorige week bleef ook zijn stoel nadrukkelijk leeg, maar tot onze vreugde namen Eric en Lars zijn plaats in. Het werd de meest onvergetelijke kerstavond ooit!
Natuurlijk was Peter geen heilige. In de familie Profittlich is een hardnekkig gen aanwezig: het eigenwijsheids-gen. Mijn vader heeft het uitgevonden: wat de grootste experts op elk gebied ook adviseerden, Jan Profittlich wist het altijd beter. Je snapt het al: deze eigenschap werd ruim geërfd door zoon Peter. Hij had voor ieder probleem (of het bestond of niet) wel een advies. Ik heb hem in al die jaren nog nooit horen vragen: Franz, wat vind jij daar nou van? Hij hield zo stevig vast aan zijn eigen levensfilosofie, dat er geen plaats was voor andere denkbeelden. Daar heb ik wel respect voor, maar eerlijk gezegd geen begrip. ‘Peter, laat eens een total-check doen bij de dokter. Peter, doe wat aan je conditie.’ Maar of het zijn eigen eigenwijsheid was, of dat hem was wijsgemaakt dat hij door al zijn inspanningen in de Scientology club inmiddels onschendbaar was geworden, ik weet het niet precies. Hij wist het altijd beter; zijn huisarts had hij nog nooit bezocht. Wij zagen en wisten dat zijn conditie al jaren niet goed was. Zelfs toen de Corona toesloeg ontkende hij dat gewoon, zodat Lars behoorlijke druk moest uitoefenen om hem überhaupt een ziekenhuis in te krijgen. Daar bleek al gauw dat het bergafwaarts ging en dat Eric halsoverkop uit de US moest overkomen. Gelukkig was Eric net op tijd, zodat Peter met zijn beide zoons, en met de Everly Brothers op de achtergrond, die nacht nog in betrekkelijke berusting dit leven achter zich liet, om, over een tijdje in een volgend leven terug te keren, zoals zijn sterke geloof en overtuiging was.
(De rest van mijn speech paste er niet meer op)
Franz