Dag kinderen van ome Henk,
Tja, hij heeft de 104 niet meer gehaald. Mijn moeder heeft de honderd niet gehaald. Zij was er vanaf haar 98e echt aan toe om te gaan hemelen. Zij vond het inmiddels welletjes.
Ome Henk daarentegen is lang vitaal gebleven en stond nog lang vol overtuiging in het leven. Dat paste bij hem, zo vind ik. Het was een man van overtuigingen en toch lang niet altijd van zekerheden. Als het ging om de grote filosofische vraagstukken van leven en dood, van hemel, aarde en heelal bleef hij piekeren hoe het toch allemaal zo geworden was.
Maar toen wij nog klein waren, merkten wij nog niks van die zoektocht waar hij zich op latere leeftijd aan overgaf. Voor ons was het de oom aan de overkant van de wetering waar wij wel gingen spelen met onze neven. We speelden met de grote verzameling Dinky Toys die ze daar hadden, een verzameling om jaloers op te zijn. Onze neven hadden overalletjes. Die hadden wij niet en ook geen klompen. Wij waren stadsen zou ome Henk zeggen.
We waren ook wel trots op hem want hij was een beetje de baas van de padvinderij. Hij was immers commissaris van het district waar ook Culemborg onder viel. Ja en daar aan de overkant was hij ook de man van die grote moestuin waar we dankzij de rijke oogst konden genieten van aardbeien en bessen.
Later zagen we hoe hij de spil van de familie bleef.Toen opa en oma dood waren, was de nieuwjaarsreceptie ieder jaar in Huize Baas aan De Brink. Ook voor zijn nageslacht was hij de spil van het gezin. Ieder jaar was er een familiedag. Mijn moeder was daar de laatste jaren een vaste gast en vertelde graag over hoe bijzonder ze dat vond.
Ik en ook Jansje kwamen als we de pont over gingen graag bij hem aan. Jansje was dan vooral geïnteresseerd in die prachtige moestuin en zijn kennis van wat groeit en bloeit en ik, ach ik boomde met hem over de kleine en grote filosofische vragen van het leven.
Als mijn moeder nu nog iets had moeten of kunnen schrijven zou zij hebben geschreven over de wandelingen die zij maakten langs de wetering naar De Heul, pratend over het leven dat voor hen lag.
Jammer dat Covid-19 een rem op contacten en ontmoetingen zette. In maart was het nog goed mis met Covid-19 en moest ik zijn verjaardag overslaan. Ach, dacht ik, dat gedoe is over een paar maanden vast weer over en dan ga ik weer langs. Helaas is daar niets meer van gekomen. Maar de herinneringen die blijven er. Het is een man die je niet gauw vergeet en als die herinneringen wat wegzakken kan ik in zijn boeken vinden hoe het zat.