Tips over condoleren of herinneringen delen?
Als we werden begroet met: “Hey zussie, gozer, kanjer, knap kind, knappe nicht of hey neef”…, wel of niet gevolgd door: “Ik ben duidelijk de lelijkste in de familie.”, dan had jij de weg naar mijn huis weer gevonden. Voor iedereen een dikke knuffel en het was alsof we elkaar de dag ervoor nog hadden gezien.
Vaak op de motor, met je veel te zware rugtas. Altijd blij je te zien, niet in de laatste plaats omdat het je veilig gelukt was.
Zodra de kids wisten dat je kwam, werden plannen gewijzigd en vrienden met motoren opgetrommeld. “Ome Rob komt, dan wordt het gezellig.” En dat was het ook altijd, een motortoertochtje eindigend in de tuin met vrienden en barbecue, altijd feest, jij als één van de jongens.
Daar maakte je je WhatsApp status waar: “Enjoy life, Every Day!” Dat je in het dagelijks leven moeite had om de balans te vinden, daar was op dit soort dagen niets van te merken. Iedereen accepterend en altijd gezellig. Vol ideeën over de dag en over het leven. Met verhalen en anekdotes in de groep wist je persoonlijk te zijn, zonder te dichtbij te komen en op afstand te blijven, zonder onpersoonlijk te worden. Een eeuwige puber, die menig moment en samenzijn ongedwongen en luchtig wist te maken.
Oprecht geïnteresseerd was je in anderen, iedereen vond een luisterend oor bij jou. Of je ze nu kende of niet, als jij er was hoorde iedereen erbij. Kenmerkend in gesprekken met uitspraken als: “Zo dan!” “Te bizar!” of “En terecht!” waarmee je je bewondering, verbazing of bevestiging uitte. En ondanks dat je praatte in woorden uit trends en gewoonte, wist je ze zo te brengen dat je ermee kon raken en charmeren.
En op de sporadische één-op-één momenten konden er opeens diepgaande gesprekken ontstaan over de zin van het leven en lichtte je een tipje van de sluier op, die zo zorgvuldig je ziel en zaligheid bedekte. Elk bezoek afsluitend met de woorden: “We spreken snel weer af.” Beiden wetend dat dit wel even kon duren en ook dat was okay.
Je gaf altijd het gevoel dat je er zou zijn, als we je nodig zouden hebben. Een bijzondere gave van een bijzonder mens, een markante persoonlijkheid! Wie jou heeft ontmoet heeft zich speciaal, geaccepteerd en gesteund gevoeld en zal jou nooit vergeten.
Lieve Rob, broer, vader, oom, opa en vriend voor velen. Je bent nu ongetwijfeld met pa flauwe moppen aan het tappen met een eeuwige grijns op jullie porum, maar hier word je gemist …. Dat dan weer wel!
Zaterdagochtend 11 juli… Het is nog geen week geleden. Tot kwart voor twaalf was het een zaterdag als alle andere.. en toen werd alles anders.
‘Rob Jansen, je vader, is niet meer in leven’ werd me verteld door de wijkagent die aan de deur kwam. Ik kon het niet geloven..
Die grote vent, een boom van een kerel, geveld.
Ik ben direct naar je toegegaan.. Helaas bleek het geen slechte film of een vergissing... je was daar.
JIJ lag daar.. vertrokken zonder afscheid, gegaan zonder knuffel. Dat is toch niets voor jou?
De laatste dagen komen er natuurlijk veel herinneringen naar boven.
Een jaar of vijf moet ik geweest zijn, spelend op het schoolplein met m’n klasgenootjes. En toen; een auto, met gierende banden de stoep op.. Een harde knal van een dichtslaande deur en hop, daar was je! Met twee benen tegelijk sprong je op het muurtje het schoolplein. Een muurtje waar ik met mijn twee turven hoog bijna een extra paar armen voor nodig had om er überhaupt op te kunnen klimmen. Ik was trots, ik vond je zó stoer en dat vond jij zó leuk.
Als m’n vriendinnetjes bij ons thuis waren, vroeg ik vaak of je je spierballen wilde laten zien. Ik dacht toen dat je wel vijf spierballen per arm had, zo groot waren ze. Inmiddels weet ik dat dat niet kan.
Ik vond je een superheld. Inmiddels weet ik ook dat die niet bestaan.
Je was dan geen superheld, maar wel een man, een vriend, een fijne betrouwbare collega, een sociale kerel en natuurlijk een vader. Een ruwe bolster met een blanke pit. En een praatjesmaker. Want praatjes had je… meer dan genoeg.. over je diensttijd, over je werk, over al je avonturen.
Wat er écht van klopte, zullen we nooit weten, maar prachtige verhalen waren het. Je kon eindeloos vertellen over je levensovertuigingen en over hoe je weer eens iemand “aan de maat had gezet”. Je genoot ervan als mensen aan je lippen hingen.
Je leefde je leven zoals jij dat wilde. Vol passie, overgave en pijlsnel. Je hield van snelheid, in de ruimste zin van het woord.
Een andere herinnering die bij me opkwam, was dan ook het samen knoerthard rondrijden in je auto of op de motor. Het kon ons allebei niet hard genoeg. Zo heb je ooit eens met ruim 110 kilometer per uur over de Wolphaertsbocht gereden, omdat ik maar “sneller!” bleef roepen. De grootste lol hadden we, want dit was spannend en ook een beetje fout.
Samen in de auto was het leuk. Die ene keer dat je me op m’n kop wilde geven en je je omdraaide richting de achterbank om vervolgens bovenop een andere auto te rijden, tellen we maar niet mee.
Jij en ik.. We lijken op elkaar. Daarom is het ook niet altijd makkelijk geweest tussen ons. De afgelopen dagen ben ik dichterbij je gekomen dan ik ooit geweest ben. Ik ben geraakt door alle gelijkenissen.
Allereerst zijn we allebei dol op eten. Het maat houden lukt mij in het algemeen alleen beter dan jij.
Alles at je… Als er maar ketchup, van Heinz natuurlijk, of sambal overheen zat.. Lekker snavelen noemde je dat.
Je hield van lezen, leren, van jezelf ontwikkelen, een goed mens te zijn en er te staan voor anderen, soms ten koste van jezelf. Ook de voorliefde voor woordgrappen, flauwe humor en sarcasme delen we.
Sporten is ook een gemeenschappelijke deler. Vooral vechtsport.. of gewoon vechten in het algemeen. Ik was net een paar weken vijftien toen een agent op de stoep stond omdat ik gevochten had. Gevochten.. met een jongen.. van ruim een kop groter…
Je had me kunnen zeggen dat dat niet oké was of op z’n minst niet zo handig.. Maar dat deed je niet.. het enige dat je vroeg was ‘was het nodig?’ ik zei ‘yep’ en jij zei ‘goed gedaan’. Je hebt er nooit meer een woord aan vuil gemaakt, maar je blik sprak boekdelen.
Je probeerde er voor me te zijn als ik je nodig had. Je was er ook wel eens als ik je niet direct nodig had. Toen mijn zoon en ik na een pittige bevalling en een nachtje ziekenhuis eindelijk thuiskwamen, stond je, zonder te overdrijven, binnen anderhalve minuut voor de deur. We verdenken je er nog steeds van dat je in de bosjes hebt liggen wachten tot we er waren.
Het nummer dat ik straks wil laten horen, is No matter What van Boyzone. Hét nummer waarop jij zo gelukkig danste op de trouwdag met jouw Jeannette. Je was, op z’n Rotterdams gezegd, zo trots als een aap met zeven lullen. Gelukkiger heb ik je denk ik nooit gezien.
Na vandaag zal ik je helemaal nooit meer zien…
Je was bang om oud te worden, ziek of afhankelijk. Dat is je gelukkig allemaal bespaard gebleven. Je bent gestorven in het harnas. Geen pijn, geen aftakeling. Gewoon opeens… afgelopen.
Het maakt mijn pijn niet minder, want je bent en blijft mijn vader en ik hou van je. No matter what!
Laat nabestaanden weten dat u aan hen denkt
Plaats een reactieDe mooiste herinneringen zijn vaak eenvoudige momenten waar je het eerst aan denkt. Condoleances zijn vaak de woorden die als eerste in je opkomen om verdriet te delen.
Tips nodig voor het schrijven van condoleances of herinneringen?
Niet iedereen die reageert kent zowel de nabestaanden als de persoon die overleden is.
Het gaat om uw betrokkenheid, een reactie plaatsen is dan altijd gepast.
Zo worden meer mensen geïnformeerd en kunnen er tevens meer reacties en herinneringen worden verzameld.