In Memoriam Queenie Reesinck. Groningen, 24 november 2021
Ik wil graag een vroege herinnering aan Queenie terughalen uit onze groentijd bij Thomas en Ria in 1960. De groentijd met alle rituelen die daarbij hoorde, zoals het kaalscheren van het hoofd, werd altijd beëindigd met de zgn Maagdenroof. Een praktische maatregel om de nieuwe leden voor het slotgala met een studente van RIA, de katholieke vrouwelijke tegenhanger van Thomas, te laten kennismaken. Dat werd in 1960 gehouden op het circuit van Zandvoort. Daar reden wij, de jonge Thomaten, rond om de RIA meisjes uit de duinen op te halen / te veroveren. Wij vonden daar een paar studenten die op het circuit vrolijk dansend aan kwamen zetten, hoezo veroveren? Daar was ook een meisje dat Queenie bleek te heten met wie ik die avond verder optrok. Zij was de dochter van een leraar die les gaf op de meisjes school Fons vitae. Hij liep altijd op blote voeten in sandalen. Ik noteerde haar adres en telefoon nummer, maar vergat haar op dat moment voor het slotgala te vragen. Toen ik dat later wel deed, bleek zij al gevraagd te zijn door ene Gerard. Ja, die Gerard Stevens dus, ook eerstejaars student. Ik heb toen een ander meisje gevraagd maar bleef wel aan mijn duinmeisje denken. Op het bal kwam ik Queenie tegen en zijn wij vieren met elkaar opgetrokken. Dat zie je in de foto die ik hier bijstuur. Zelf foto’s maken deed je nog niet. Dit is een plaatje van de fotograaf die rondliep en links en rechts wat leuke plaatjes schoot. Een medestudent vertelde dat ik ‘er’ ook hing. Je ziet vooraan twee prachtige meiden in baljurken, Queenie links en mijn dame rechts daarnaast. Ik zit iets hoger op de trap linksachter Queenie, waarbij de haren op het kale hoofd van de ontgroening alweer aardig zijn aangegroeid. Gerard zit links van Queenie niet zichtbaar. Ik ben later nog eens met Queenie uit eten geweest toen de aansluiting bij een ander dispuut misliep. Maar ik bleef geestelijk te groen om serieuze contacten te leggen. Ik was wel blij haar later met haar Gerard in ons dispuut Ganesja te kunnen blijven ontmoeten. Met mijn Margriet zijn wij nog diverse keren bij Queenie en Gerard op bezoek geweest, waar wij de problemen over onze opgroeiende jonge kinderen, ja ja ook over Egil en Meta, bespraken.
Ook in die latere fase van haar leven met Peter Rombouts continueerden wij onze relaties en bewaren Margriet en ik de vele goede herinneringen aan onze bezoekjes over en weer. Goede, maar nu ook weemoedige herinneringen aan een jeugdig verleden, vol verwachtingen naar een onbeschreven toekomst, vol zingende vogels in een eeuwig blauwe lucht. En in de verte vaag zichtbaar de bloeiende wijnranken die aangeraakt door Queenie, overvloedig vruchten dragen, bessen die hun best doen, vol, kleurig, om sappen en jams van te maken, en tussen de ranken vaag het gezicht van Queenie, warrige haren en een glimlach. Dat alles ging nog gebeuren, wat een gemis.
Queenie bleef voor mij ‘het eerste meisje van de dansvereniging’; als iemand die liedje tenminste nog kent!
Henk Kauffman, 24 november 2021.