Lieve Lotte,
Toen ik een vriendin laatst over jou vertelde, omschreef ze je meteen. Ze had maar even met je gesproken na afloop van de musical Titanic die we samen hadden bezocht, maar je had een positieve onuitwisbare indruk achtergelaten. Ik weet niet meer precies met welke kernwoorden ze je omschreef, maar het klopte. En die lieve en mooie kanten van jou zullen wij gaan missen. Vergeten zullen we je echter niet … nooit.
Bij EDOG heb ik je leren kennen als een van de jonge sopranen ‘aan de overkant’ in onze oefenruimte in de Omval. Als Lotte niet zeer nadrukkelijk aanwezig, maar als sopraan steady met een mooi stemgeluid. Als vertolkster van een rol wel gedreven, maar geen kapsones. En zeer behulpzaam: bereid om in te vallen bij afwezigheid van een speler, als aangeefster, souffleuse, oefen-tegenspeler, etc. En bij vrije muziekkeus voor een november-concert, vrijwillig genoegen nemen met een zangpartij die niet zozeer jouw stem recht deed, maar jouw duet-partner liet stralen.
Op mijn werk wordt de benaming locker rooms nogal vaak gebruikt voor de ruimten waar ons internationale personeel kan douchen en omkleden. Maar zelf denk ik dan meestal terug aan Sporthal Diemen, die door EDOG elk jaar wordt omgetoverd tot een waar theater voor de musicals die zij in het voorjaar uitvoert. De kleedkamers zijn dan een week lang ‘thuis’ met alles wat daarbij komt kijken en iedereen die deel uitmaakt van de musicalfamilie van dat moment, voor en achter de schermen. In een van die kleedkamers die jij en ik bij onze gemeenschappelijke EDOG-musicals deelden, heb ik nog een andere Lotte leren kennen: een lieve, mooie, getalenteerde meid met passie.
Op de tafels met lekkernijen, drinken en toi toi-tjes legde je make-up samples neer. Die had je gekregen via een connectie en bewaarde je voor die gelegenheid. Je moedigde iedereen aan even te neuzen tussen de spulletjes en mee te nemen wat ons aanstond.
Je kon je druk maken om ‘mooi’, als het ook ‘perfect’ kon zijn. Je hielp anderen met hun kleding, haar en make-up. Je zag gewoon wat beter kon en had het in je vingers om het ook zo te krijgen. Even een extra schuifspeldje in het haar of die paardenstaart iets hoger, zodat het beter paste in het tijdbeeld van het verhaal. Als je zei “Kom eens.”, kwam ik en liet je begaan. “Kijk” zei je dan terwijl we samen voor de grote spiegel stonden. “Jouw wenkbrauwen zijn daar een beetje dunner. Dat zien ze niet vanuit de zaal hoor. Eh ….. mag ik ?” Natuurlijk mocht je. En dan accentueerde je de wenkbrauwen een beetje zodat het precies goed was. Je vertelde ondertussen honderduit. Over hoe de aanblik van een gezicht op die manier wat zachter kon en welk merk en welke kleur het beste bij me paste. Daar had ik niets tegenin te brengen en dat wilde ik ook niet. Je was op dit gebied net een grote wijze zus, maar dan een generatie jonger. Ik zag het resultaat en gaf je een knuffel en een zoen. Daar werd je verlegen van. Je zou nog zoveel meer willen op het toneel, maar drong je niet op. En daarbuiten in de schijnwerpers staan …. liever niet.
En als iedereen paraat was en jij de laatste hand legde aan wat er volgens jou nog beter kon in je eigen voorkomen, waren alleen nog jij en ik in de kleedkamer. Gereed voor alle kledingwissels en met onze verschijning naar (jouw) tevredenheid, zaten we tot de pep-talk / updates van Erik en Rosite - of de oproep na de pauze - nog even gezellig samen te genieten van de rust in die vertrouwde kleedkamer op het bankje naast de deur. De ene keer gezellig kletsend en snoepend van een traktatie die een van ons dan op schoot had genomen, de andere keer met een heel fijn en goed gesprek met een lach en / of een traan. En altijd even een bevestigend oogcontact voordat we ieder vertrokken naar de plek waar we gereed moesten staan. Na de eerste gezamenlijke musical zochten we elkaar ook in de repetitieperiode van de tweede wat vaker op. Al die herinneringen geven mij een warm gevoel.
Bij de productie daarna heb ik vaak aan je gedacht. Ook daar ontstond vrij spontaan eenzelfde soort rustpunt, helemaal los van de drukte in de grote kleedruimte. Op een geheel andere wijze dan tussen jou en mij, vond ik weer een ‘zen-maatje’, zoals zij en ik elkaar noemden. Maar jij was en blijft de eerste ! Dat zal ik nooit vergeten.
Ook was er altijd die check van mijn wenkbrauwen. Ik had gekocht wat je had aanbevolen. Dat was mijn ‘dosis Lotte’ voor de finishing touch en toverde een glimlach op mijn gezicht als ik daarna het eindresultaat van de grime beoordeelde. Ik hoop nog vaak iets te mogen doen op het toneel. En wanneer daar grime bij komt kijken, zal er ook ‘Lottes finishing touch’ zijn.
Ik heb van je genoten en waardeer je enorm om wie je was, wat je deed en hoe je voor altijd in mijn herinneringen zult blijven. Ik hoop dat velen met mij de kans hebben gekregen jou op die manier te leren kennen. En anders heb ik hiermee een glimp van die kant van jou kunnen laten zien.
Dag lieve Lotte.
Petra Wessel