Het is bijna 4 december 2017 en dan is het een jaar geleden.
Ik heb steeds uitgesteld om iets in dit herinneringsboek te plaatsen.
Niet omdat ik geen herinneringen wil delen want die zijn er genoeg, maar op de een of andere manier is het nog definitiever als er herinneringen op papier staan, waar ik niet meer samen met jou op kan terugkijken Alice.
Alice en Henk waren in de periode dat onze kinderen allemaal op de Eerste Montessori school in Hoofddorp zaten, zo belangrijk. In een hele moeilijke en angstige periode met een mij stalkende en bedreigende ex man was jullie huis een veilige haven. Jasmijn, Roos en Susan waren altijd welkom en dan liep Henk weer vanaf school met een kleine meisjesschare naar huis. In plaats van voor vier werd er voor acht gekookt. Aardappelen in een rode, rijke tomatensaus. Alice’s ‘rode aardappelen’. Het is nu nog steeds voor mij het ultieme troostvoedsel.
Het was niet alleen kommer en kwel. Alice, die nog niet zo heel lang in Nederland gesetteld was, voelde zich zo nu en dan in Wonderland en vertelde daar beeldend over. Zo heb ik gehuild van het lachen om haar hilarische relaas over het gejuich over plastic bekers, schalen en bakjes op een Tupperwareparty waar zij tot haar eigen verbijstering opeens was terechtgekomen. Ook wees zij graag met venijn en humor op enkele bijzondere manieren van iets zeggen in het Nederlands. ‘Nederlanders zeggen dat je iets ‘mag’ terwijl ze bedoelen dat je iets moet’. Dit ondervond Sarah die toen ze samen met Jasmijn, Roos en Susan op Turbozwemles zat en zo goed was dat ze van de duikplank af in het diepe ‘mocht’ springen. Toen ze niet durfde en bibberen op de duikplank niet wilde springen, ‘moest’ ze toch. Nog een Alice uitspraak die op gezette tijden in bij me bovenkomt, is ‘Als jezelf echt, echt iets wil, dan kan je het!’. Hoe fijn is het, als je met dat basisvertrouwen wordt groot gebracht
Uiteindelijk zijn we verhuisd om te ontsnappen aan de angstige situatie. Een paar vrienden wisten waar we naar toe verhuisden en Henk en Alice hoorden daarbij. We bleven elkaar zien, zoals tijdens de paardrijlessen van Roxana en tijdens picknicks op het strand. Het ging stukken beter met ons en toen ‘mijn’ Henk na enkele jaren van rust in beeld kwam, werd hij enthousiast en warm in de vriendschap meegenomen. Er waren nu twee Henken en Alice en ik waren het er over eens, dat Henk blijkbaar een goede naam is om als man te hebben. Ze deugen, zijn betrouwbaar en heel aardig.
Er gingen ook jaren voor bij dat we elkaar weinig zagen, maar na Sarah’s zestiende verjaardag, die we op een zonovergoten dag in de tuin vierden, zijn we elkaar niet wekelijks, maar wel regelmatig blijven zien. Zonder afspraak, maar ’s ochtends bellen, of we ’s middags zullen afspreken, wandelen of uit eten… Vaak in Zandvoort ergens op het strand. Uit eten met Alice was spannend, want als haar iets in het eten of in de bediening niet aanstond dan liet ze van zich horen. Zo verlieten we ooit een restaurant met een opmerking van Alice tegen de baas ‘U bent een hele slechte gastheer’. Je kan maar duidelijk zijn… Ze had wel gelijk.
Een gesprek met Alice was nooit saai. Of er viel heel veel te lachen of een opmerking kon in het verkeerde keelgat schieten en dan kwam er een stellige mening met onderbouwing, die ik kon volgen, maar waar ik het zeker niet altijd mee eens was. Het bood wel altijd stof tot nadenken en discussie. Dit jaar is er zoveel in de wereld gebeurd waarbij ik vaak een stellig Alice standpunt heb gemist. Nee waarbij ik natuurlijk gewoon Alice mis en dat gaat niet over.
Henk, Roxana, Sarah, heel veel liefs,
Beatrijs