Mijn naam is DirkJan Rozema. Paul was een naaste collega van mij bij het Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium (NLR). Ik stel het op prijs hier wat herinneringen aan hem op te halen. Daarom neem ik u mee naar zijn werkzame leven.
In 1977 kwam Paul in dienst van het NLR in de Noordoostpolder. Hij werd aangenomen door twee experts op zijn vakgebied: Frits Wessels en Henk Willegers, die allebei hun sporen hadden verdiend in de reprografische wereld. Als die twee je hadden doorgezaagd en zat je boven de streep, dan mocht je komen. En Paul zat boven de streep.
Het was zijn taak om leiding te geven aan de groep Reproductie. Die omvatte de drukkerij, het tekenbureau en de fotografie. Werkgebieden die op zijn lijf waren geschreven. Hij was opgeleid als graficus en vertrouwd met allerlei druktechnieken.
De Reproductiegroep was verantwoordelijk voor het door het NLR gemaakte drukwerk, zoals onderzoeksrapporten, brochures, flyers en het personeelsblad. Het maken van foto-opnamen en het afdrukken daarvan was een onderdeel daarvan.
Als redacteur van het personeelsblad van het NLR leerde ik kort na zijn komst Paul kennen. Samen met Anneke Klaasse, mederedacteur, bereidden wij de tekst en afbeeldingen voor die door de groep van Paul moest worden tot een informatief maar vooral ook mooi blad, dat uiteraard op tijd moest verschijnen. In die tijd een hele opgave!
In 1985 werd ik de leidinggevende van Paul met zijn afdeling. Toen merkte ik pas goed hoe deskundig hij was en hoe het is om in een productieomgeving te moeten werken, met hoge kwaliteitseisen en korte doorlooptijden. En dat in een bedrijf met als core business het doen van wetenschappelijk onderzoek en niet in het eerste plaats het leveren van kwaliteitsdrukwerk. Verschillende werelden dus.
Ik leerde ook een andere Paul kennen. Een toegewijd man die dienstverlening hoog in het vaandel had staan en punctueel was bij het beoordelen van het drukwerk. Daarbij gebruikte hij steevast een loepje waarmee hij de puntjes op het drukwerk controleerde. Paul had goede ideeën, kon goed opschieten met zijn omgeving en lardeerde dat met een prettige dosis humor.
Ik noem u een drietal van Pauls voetafdrukken bij het NLR:
1. Ontwerp:
Hij had een stevige inbreng in de verandering van de huisstijl van het NLR, een bijna onmogelijke opgave maar die toch is gelukt. Met alle consequenties voor het drukwerk, dat moest worden aangepast.
Mede door zijn volharding kwam er jaarlijks een burokalender en is de lay out van het personeelsblad opgefrist.
2. Evenementen:
De opendagen voor het personeel waren hoogtijdagen voor Paul en zijn mensen. Altijd goed voor maximale creativiteit maar ook enthousiasme als achteraf bleek hoe goed het allemaal was gelopen.
De officiële ingebruikstelling van de Supercomputer en de viering van 75 jaar NLR in de RAI, waarvoor Pauls talenten met succes zijn ingezet.
3. Automatisering:
Het begin van de automatisering van enkele toen nog met formulieren werkende processen is door Paul opgepakt.
Paul heeft in de ruim 25 jaren die hij bij het NLR werkte zijn vakgebied behoorlijk zien veranderen en hij veranderde mee. Hij had een rotsvast vertrouwen in de nieuwe mogelijkheden.
De computer, de op zijn vak gerichte software en ook nieuwe reproductie-machines en digitale fotografie deden hun intrede. Het tekenwerk en het vormgeven gebeurden steeds meer achter beeldschermen. Donkere kamers met chemicaliën werden opgedoekt evenals stencil-, lichtdruk- en offsetmachines. Zijn mensen moesten worden omgeschoold. Paul werd zelfs enige tijd opgezadeld met het beheer van het inmiddels aangelegde lokale computernetwerk.
Zijn wereld op het NLR werd letterlijk en figuurlijk kleurrijker. Geen plakken en knippen meer, geen offsett platen maken, maar complexe bestanden maken, databases bouwen en printen in zwart-wit en in kleur.
Hij geloofde in de nieuwe technieken die veelbelovend leken te zijn. Met vallen en opstaan – niet alles werkte in een keer perfect – kwamen er uiteindelijk steeds betere machines en software die voor Paul nieuwe uitdagingen boden.
Met de tijd veranderde de verhouding tussen mij en Paul naast een collegiale ook in een vriendschappelijke relatie. Wij kwamen bij elkaar over de vloer waarbij ook Reny en de jongens in beeld kwamen. We leerden een culinaire Paul kennen, die ons graag zijn zelfgemaakte kunstwerken toonde. Maar ook een reislustige Paul die regelmatig zijn Zwitserse en Oostenrijkse lievelingsplekken opzocht.
Het eerste serieuze signaal dat Pauls gezondheid op de tocht stond was toen hij na een hartaanval moest worden opgenomen in een ziekenhuis in Zwolle. Toen ik eens in de NOP het hek uitreed, nog ongewis van dit voorval, kwam daar net de dokter voor hem binnen rijden. Thuis hoorde ik wat er met hem was gebeurd. Een uur later kreeg ik hem aan de telefoon waarbij hij opgewekt vertelde na een dotterbehandeling in het ziekenhuis een computer te hebben gevonden waarmee hij het internet op kon. Echt Paul, en ik maakte me even geen zorgen meer om hem. Toch liet zijn herstel op zich wachten. Hij moest veel rustiger aan doen en zou zijn laatste NLR-jaren in betrekkelijke rust een apart project doen. In 2004 maakt hij gebruik van de vut-regeling en genoot samen met Reny van de rust en zijn vrijheid. Hij bleef bezig met zijn vak waarbij de computer voor hem een belangrijk gereedschap was en ontdekte steeds meer plekken op de wereld waar het samen met Reny goed toeven was.
Drie jaar terug waren we lotgenoten. Beiden lagen we min of meer op het zelfde moment elk in een ander Amsterdams ziekenhuis, voor een hartoperatie. Het liep voor ons beiden goed af en de conclusie was dat het hart van Paul weer volledig hersteld was. Na een klein jaar revalideren leek dat ook zo te zijn. Helaas voor te korte duur.
Vorige zomer nodigden Paul en Reny ons met Frits en Anneke uit voor een gezellig samenzijn bij hun thuis. Zij inviteerden ons voor een lunch bij de haven van Lelystad. Achteraf gezien was het onze laatste ontmoeting met Paul. Kort daarna zou hij aan zijn kaak worden geopereerd met allerlei eetbeperkingen als gevolg. Maar daarna zou hij weer kunnen genieten van zijn culinaire kunsten. Het was hem – helaas – niet gegeven.
Reny, Leon, Etienne en Sarka, veel sterkte gewenst.