Nelleke was een boekenmens; haar flat was afgeladen met boeken.
Ze besteedde haar laatste geld liever aan een boek dan eten: food for thought.
Boeken zijn aan de ene kant tastbare objecten, die je naar believen kunnen pakken en openen, of juist sluiten en weer weg zetten. Anders dan huisdieren of planten, waarvan de laatsten ook nooit een lang leven beschoren waren. Anders ook dan mensen, voor wie je hard je best moest doen om aansluiting te hebben. Boeken zijn er altijd, en vertellen hun verhalen desnoods keer op keer, en leveren geen weerwoord op de commentaren de je in de kantlijn schrijft, of de nadruk die je met een onderstreping op bepaalde woorden legt. De woorden staan dan wel zwart op wit, maar representeren vluchtige ideeën vluchtig die op meerdere manieren te interpreteren zijn. Woorden zijn net mensen.
Sommige boeken hebben goud-op-snee; zijn gemaakt om in de kast te staan en lang mooi te blijven. Er zijn ook boeken die van had tot hand gaan, die worden herlezen en stukgelezen. Nelleke was zo’n boek met verkleurde bladzijden, ezelsoren en onderstrepingen. En veel commentaren in de kantlijn.
Geen luchtig zomerboek voor in de strandstoel, maar een boek waar je tijd voor moest maken. Met hoofdstukken die je soms moest herlezen. Omdat je wist dat het thema belangrijk was, zonder het echt te begrijpen.
Soms leken er pagina’s te ontbreken, en werd de lezer gedwongen de verhaallijn door te trekken. Ook een boek dat je op het laatst minder snel leest omdat je het aantal resterende pagina’s ziet slinken, wetend dat zal eindigen bij de laatste pagina.
De laatste tijd hebben we veel gesproken, en hoe absurd sommige ideeën leken, vaak waren ze op een bepaalde manier wel consistent en beargumenteerbaar. Ik moest zinnen en woorden op een weegschaal leggen. Dat leverde lange, soms zware gesprekken op. Maar van een unieke schoonheid. You can’t always judge a book by its cover.