Lieve Miek,
Ik leerde je kennen als 'die vent met een grote zwarte hond' in het park. Ik ben in het begin, met mijn kleine veel te opgewonden keffende poppenhondje, menig maal omgelopen als ik die blauwe halsband van Noek zag rond scharrelen. Jij al rokend op het bankje of drentelend in het park. Bleek Noek de liefste ever en jij een vredespijp rokende goede buur te zijn. Al snel klikte het goed. Wat hebben wij uren staan praten. Beiden af en toe wat briesend tegen de kudde in, onrecht bestrijden. Onze gedeelde passie voor het onderwijs: de zorgleerlingen, want er zijn voor hen die te vaak buiten de boot vielen vonden we belangrijk. Dan die irritante wegmisbruikers en hoe we gezamenlijk de weg naar beter bedachten met onze Verkeersblij app. Last but not least: het behouden van het schone stukje natuur op perceel 52. Apjes naar elkaar, wethouders mailen, ze thuis op de koffie krijgen, de bedrijven benaderen, de krant, brieven schrijven, meedenken, bijeenkomsten, verkeersborden, victor veilig poppetjes: we bedachten het allemaal en deden het ook.
Met z'n viertjes klikte het ook goed. Heerlijk om fijne buren te hebben. Leuk ook hoe je onze Zucchi altijd aaide in het park. Hij zoekt niet iedereen op, maar haalde zijn aai bij jou maar wat te graag op. Ondertussen verzorgden we elkaars huisdieren als we het nodig was. Jullie gingen er lekker regelmatig al varend op uit, we wisselden sleutels uit en hielden telefonisch contact over de beestjes. Eens een kekke haan als bedankje nam ik lachend aan. We deden het gewoon zonder gedoe en met liefde.
En toen ineens dat nieuws. Potverdorie. Je gaf mij een knuffel in het park omdat je de steun en kaartjes zo waardeerde. Die knuffel staat mij zo bij, ik breek nog in tranen uit. Je was een Woeste Willem met een klein hartje. Man man man, jij die mij bedankte terwijl jij een ontiegelijke strijd aanging. Al dit andere kwam on hold, want er waren even belangrijkere zaken, maar af en toe stak het toch 'van je laten horen' weer de kop op. Dat strijdvaardige zit in je, dat krijgt niets en niemand eruit.
Er brak een tijd aan dat ik je al miste en hoopte je snel weer live te zien. Je bracht je tijd door met je liefsten. Wel kon je mij live vertellen hoe blij je was dat Djuna geen gen drager was, dat was niet te verwoorden.
Miek ik miste je al toen je er nog was maar er fysiek niet kon zijn, dat zegt wel veel over je he, dat je gemist wordt. Ik heb het er verrekte moeilijk mee. Jij was identiek, je eigen ik en wat had ik graag gezien dat je de strijd had gewonnen.
Vanmiddag vieren we je levensfeest bij de Breek. Dat ietwat niet geciviliseerde plekje past bij je. Oscar en ik gaven er ons trouwfeest. Met scharrelende kippetjes, een briesje en het ongedwongen sfeertje. Zo jij.
Knuf Joyce