Het verhaal van de Zilverdistel
….. how deep is your love….
Zoals elke mooie zonnige zomerochtend, liep de Denkster ook nu in alle vroegte weer in haar tuin. Een zonovergoten ochtend, dat wel. Maar de Denkster was radeloos. Ze was op zoek naar de Zilverdistel. Ze zocht immers altijd naar dat prachtige, kwetsbare bloemetje. Zachtgeel was het, met zilveren beschuttende blaadjes rondom . Het bloemetje was van een schoonheid die je bij andere bloemen nooit zag. Het was zo mooi, zo mooi. De kleine, stoere Zilverdistel.
Er was een tijd geweest dat de Denkster het bloemetje nog niet kende. Toen al verlangde ze, in haar bloementuin met vele felle kleuren, naar die ware, oneindige, en tegelijk zo kwetsbare schoonheid. De dag dat ze het bloempje zag zou ze nooit vergeten. Ze was verbijsterd van geluk. Werkelijk, dit had ze bij al haar andere bloemetjes nooit gezien. Zo bijzonder. Zo prachtig.
Maar al snel kwam de Denkster er achter wat het probleem met dit wondermooie bloemetje was. Steeds weer veranderde het van plaats! ( Zo kan dat immers gaan in sprookjes. ) Soms was de Denkster de Zilverdistel dagenlang kwijt. En juist als haar verlangen, de schoonheid van het bloemetje weer te aanschouwen, overging in verdriet, vanwege haar falen, was het daar weer. Op een plek waar ze net nog niet gezocht had. Altijd onverwacht.
Moeilijker nog werd het op de sombere, donkere, stormachtige dagen. Dan had de Denkster zo weinig zin om te zoeken. Terwijl ze wel wanhopig werd van verlangen naar de puurheid en de zuiverheid van de kleine stoere Zilverdistel.
En er was nog iets.
De Zilverdistel was namelijk afhankelijk van de Denkster. Als ze het bloemetje enkele dagen niet had kunnen vinden of bereiken, liet het de zachte zilveren blaadjes hangen, het kopje eveneens. De Zilverdistel had de Denkster nodig! Het had de liefde, de aandacht, de ogen van de Denkster nodig! Raadselachtig was het daarom, waarom het bloemetje steeds van plaats verwisselde. Maar daarin school een geheim. Het was het geheim van de tegenstrijdigheid. De Denkster was gelukkig door de puurheid van de Zilverdistel. De Zilverdistel was op zijn allermooist als het de tedere verzorging van de Denkster kon ontvangen.
Waarom dan steeds die zoektocht?
Waarom dan steeds dat wegschuilen achter die andere bloemen?
Het geheim had te maken met de eindigheid. De eindigheid van de zuiverheid, van de kwetsbaarheid. Als de Zilverdistel werkelijk onzichtbaar zou blijven voor de Denkster, als het werkelijk weg zou kwijnen, alleen, en op zichzelf, dan zou het veranderen in een schitterende vlinder. Die met krachtige, rustige, regelmatige vleugelslag de lucht in zou verdwijnen. Weg, weg uit de tuin, weg van de zoekende, verlangende Denkster. Onbereikbaar voor alle aanraking, hoe liefdevol ook bedoeld. Alleen, en mooi, en sterk. Dacht de Zilverdistel althans. Want niet alles kan, zelfs niet in sprookjes. De Denkster wist beter. En zocht radeloos door.
Geschreven ca 1999,met vandaag de laatste alinea :
Tot die dag. De dag dat ze niet meer zocht. De dag dat de vlinder ging. Buiten haar zicht. Binnen het bereik van die Andere. Die Grote. LIEFDE, heette Hij. De Zilverdistel had twee kleine zilveren blaadjes achtergelaten. De Denkster vatte ze beschermend in haar hand. Als er maar genoeg liefdevolle tranen zouden druppen…ja…dan zou die schoonheid weer ontluiken. Blaadjes. LIEFDE. De Grote.
Dag vlinder. Dag Zilverdistel